Zin in zindelijkheidstraining!

Meestal na het tweede jaar zijn kinderen eraan toe om te leren zindelijk te zijn. Voor het tweede jaar je kindje zindelijkheidstraining geven heeft meestal niet veel zin, omdat kindjes er dan nog niet aan toe zijn. Het kindje moet controle krijgen over zijn/ haar sluitspieren en leren wat het verschil is tussen aandrang voelen en daadwerkelijk een plasje of poepje moeten doen.

Je beslist uiteindelijk zelf wanneer het goede moment is aangebroken om je kindje kennis te laten maken met een potje of toiletbrilverkleiner. Signalen waaraan je kunt merken dat je kindje eraan toe is, zijn bijvoorbeeld wanneer hij of zij een hekel krijgt aan een het dragen van een natte luier. Of misschien laat je peuter duidelijk merken wanneer er een grote boodschap aankomt, bijvoorbeeld door een gezichtsuitdrukking die boekdelen spreekt! Het kan ook zijn dat je kindje zelf al aangeeft met woordjes of gebaren dat hij of zij moet poepen of er nèt eentje heeft gedaan in zijn luier...

Kijkt je kleintje al uit nieuwsgierigheid mee als zijn mama, papa, broer of zus naar de toilet gaat? Deze gelegenheid kun je prima gebruiken om het potje of een toiletbrilverkleiner te introduceren. Zet je kindje er eerst op met zijn kleren aan. Zo kan hij of zij even wennen aan hoe het is om op een potje of het toilet te zitten. Leg je kindje uit wat de bedoeling is. Vervolgens zet je je kindje op het potje met de luier nog om. En de laatste stap is om hem of haar met zijn blote billen op het potje te zetten.

Van de beschreven stappen moet je niet verwachten dat ze elkaar binnen een paar dagen opvolgen. Denk eerder aan enkele weken! En dat is dan nog snel... Gun je kindje de tijd te wennen aan de nieuwe situatie en te leren omgaan met zijn of haar nieuw te verkrijgen stukje zelfstandigheid.

Het belangrijkste is om in dit hele proces een ontspannen, ongedwongen sfeer te houden. Maak het voor je kindje leuk, gezellig en prettig! Zet je kindje vooral niet onder druk! Hierdoor zal het alleen maar lange duren voordat hij of zij zindelijk leert te zijn. Voelt je kindje zich op zijn of haar gemak? Perfect! Plassen en poepen gaan nu eenmaal het beste als je kindje zich lekker ontspannen voelt!

Juich kleine vooruitgangetjes toe! Dat je kindje stilzit op het potje is in het begin al een hele mooie prestatie. Gebeurt er iets op het potje? Joepie! Jouw aanmoediging zal je kindje enthousiast maken om door te zetten.

Is er een regelmaat in de stoelgang van je kindje? Moet hij vaak na het ontbijt poepen? Zet het potje dan in de buurt. Laat je kindje zonder luier bij het potje en leg uit dat als er 'iets komt' dat hij of zij dan op het potje kan gaan. Lukt het wel, prijs hem of haar de hemel in. Lukt het niet, volgende keer beter dan.

Regelmaat, belonen en als je kindje eenmaal door heeft op het potje te plassen, vraag hem of haar dan regelmatig of hij/ zij moet plassen. Zo leert hij zelf de structuur aan van de toiletgang.

Gebruik je liever een toiletbrilverkleiner dan een potje? Zorg dan ook voor een voetenbankje, want de meeste toiletten zijn voor een peuter vrij hoog om erop te gaan zitten.

Soms plassen kleine jongetjes al staand, misschien niet geheel bewust. Onder de douche of tijdens omkleden kan het zijn dat er een plasje uitkomt. Als moeder kun je daardoor denken dat hij de eerste schreden heeft gezet naar het staand plassen. Nu gebeurt dit bij jongens onder de 2 jaar meestal meer per ongeluk dan expres. De vraag komt op of je een jongen bij zindelijkheidstraining staand moet leren plassen of toch zittend op een potje?

Het is beter om je zoontje zittend te leren plassen. Een zittende houding is meer ontspannen en het is dan makkelijker om de blaas helemaal leeg te plassen. Dus zowel voor jongens als meisjes geldt dat zittend plassen op het potje het allerbeste werkt! Hoewel jongens uiteindelijk staand zullen gaan plassen wanneer ze anderen dat zien doen, bijvoorbeeld hun broer of vader.

Het verschil tussen jongens en meisjes zit 'm in de cijfers. Meisjes zijn gemiddeld een paar maanden eerder zindelijk dan jongens. Echter, ieder kind is uniek en het zal per kind ook verschillend zijn hoe de weg naar zindelijkheid verloopt. Gemiddeld is een kind tussen 2 en 3 jaar zindelijk; overdag eerder dan 's nachts. Een groot aantal kinderen blijft 's nachts droog bij de leeftijd van 5 jaar.

Stress, grote gebeurtenissen zoals een verhuizing kunnen ervoor zorgen dat je kindje een terugval heeft. Is hij of zij normaal gesproken wel droog, maar kreeg hij/ zij een ongelukje? Stel je kindje dan gerust: "Kan gebeuren, is niet erg". Geef je kindje geen straf, dat werkt averechts want het voert de druk alleen maar op. Vervolg gewoon de zindelijkheidstraining en blijf geduldig en schenk je kindje de aandacht die hij of zij nodig heeft.

Heeft je kindje zichtbaar moeite met zindelijk worden en heeft het een leeftijd bereikt waarbij je mag verwachten dat hij of zij droog blijft, maar lukt dit nog niet? Dan is het aan te raden hierover een zorgverlener raad te plegen om medische oorzaken uit te sluiten.

Denk bijvoorbeeld aan bedplassen na het 6e jaar, incontinentie overdag en broekpoepen. Straffen en streng zijn helpt niet en vergroot vaak het probleem. Er zijn diverse succesvolle therapieën die wel effectief blijken te zijn. Adviseer altijd een zorgverlener in deze situaties.